Daar waar wegen elkaar kruisen of splitsen van elkaar, komt men een kruispunt tegen. Dit kan gelijkwaardig of ongelijkwaardig zijn, maar één ding is zeker: kruispunten kunnen gevaarlijk zijn. Een derde van de verkeersdoden in Nederland valt op kruispunten, binnen de bebouwde kom is dit zelfs bijna de helft.

Bijzondere kruispunten

De rotonde, T-splitsing (ook wel Y-splitsing of drietakskruispunt) en het viertakskruispunt zijn eigenlijk wel bekend bij iedereen. Maar kent u het bajonetkruispunt toevallig ook?

Het is een gecombineerde T-splitsing met kruisingen op een relatief korte afstand tegenover elkaar liggen. Er moet een relatie zijn tussen beide kruispunten om als kruising deze bijzondere naam te mogen dragen. De doorgaande route wordt hiermee als het ware afgebroken, wat de verkeersveiligheid ten goede kan komen.

 

De meeste bekende, maar ook beruchte rotonde in Nederland is toch wel het Keizer Karelplein in Nijmegen. Een rotonde waarbij verkeer van rechts, dus het verkeer dat de rotonde oprijdt, voorrang moet krijgen ten opzichte van degenen die zich op de rotonde bevinden. Daarnaast zijn er geen rijbanen op deze rotonde aangegeven. Maar het kan altijd erger: er is een rotonde in Engeland die nog onoverzichtelijker oogt. Één grote rotonde met daarin nog een aantal kleinere varianten:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Top 3 veiligste kruisingen in Nederland

Een rotonde is het veiligste kruispunt, omdat deze minder conflictpunten kent. Ook wordt een rotonde met lagere snelheid benaderd door de haakse aansluiting. Als laatste kent een rotonde een gunstigere impacthoek dan een ander kruispunt, waardoor aanrijdingen minder ernstig zijn. Ook voor fietsers en voetgangers zijn rotondes veiliger dan andere kruispuntvormen.

De rotonde wordt opgevolgd door een kruispunt met een voorrangsregeling (ongelijkwaardige kruising). Op plaats 3 staat een kruispunt met verkeerslichten, vaak gebruikt wanneer er veel verkeer gebruik maakt van de kruising. Deze kruisingen zijn vaak wel complexer dan de kruispunten met een voorrangsregeling. Dit kan voor meer onveiligheid zorgen. De capaciteit van een kruispunt heeft te maken met het aantal rijstroken op de takken en de verdeling van het verkeer over deze takken.

Het geheugen opfrissen

Op een gelijkwaardig kruispunt heeft verkeer van rechts voorrang. Daar zijn echter wel twee uitzonderingen op: trams hebben voorrang op alle bestuurders en bestuurders op een verharde weg hebben voorrang ten opzichte van bestuurders die van een onverharde weg afkomen.

Komt er een andere bestuurder uit tegenovergestelde richting en wil één van beiden afslaan? Dan gaat degene die rechtdoor gaat op de gelijkwaardige kruising voor op de afslaande partij.

Willen jullie allebei afslaan in dezelfde richting? Dan gaat de korte bocht voor de lange bocht bij een gelijkwaardige kruising.

En ambulances, brandweer en politieauto’s met sirene en zwaailichten hebben altijd voorrang. Raak niet in paniek en bedenk dat eigen veiligheid voor gaat!